De Voedings- en de Gezondheidsraad adviseren het gebruik van foliumzuur (vitamine B11) vanaf de eerste 4 weken voor de gewenste zwangerschap tot en met de eerste 8 weken van de zwangerschap. In de eerste weken wordt de basis van het zenuwstelsel gelegd, een proces dat meestal goed verloopt. Op 1 van de 700 gevallen onstaan er echter aangeboren afwijkingen (bijvoorbeeld een open ruggetje). Door het gebruik van foliumzuur neemt deze kans met 50% af.
De vitamine foliumzuur zit in veel voedingsmiddelen. Bijvoorbeeld in verse groenten, fruit, aardappelen, volkoren producten en zuivel. Als je gevarieerd eet, krijg je voldoende foliumzuur binnen. Maar aan het begin van je zwangerschap heb je extra foliumzuur nodig. Het eten van veel voedingsmiddelen met foliumzuur is dan niet genoeg. Een zwangere vrouw zou daarvoor bijvoorbeeld elke dag 50 bruine boterhammen moeten eten. Of 5 kilo aardappelen. Voor de extra foliumzuur moet je tabletten slikken.
Omdat het moelijk te voorspellen is wanneer een vrouw precies zwanger raakt, is het aan te raden om met het slikken van foliumzuur te beginnen zodra de anticonceptie gestopt wordt. Ook als het langer duurt voordat er sprake is van een zwangerschap, is het raadzaam om foliumzuut te blijven slikken. Na 8 weken zwangerschap (10 weken na de laatste menstruatie) kan met het gebruik van foliumzuur gestopt worden. Foliumzuur is met en zonder recept verkijgbaar bij de apotheek en ook bij de drogist. Tabletten met 0,4 of 0,5 mg foliumzuur (de aangeraden hoveelheid) zijn niet schadelijk voor moeder en kind. Deze dosering is ook niet schadelijk als je de tabletten maandenlang gebruikt.
